Tag: featured

Hoe een interactieve viewer de burger echt betrekt

“Yes, dat was een mooi punt Lau!”, hoor ik Daan roepen. Gedurende de week spelen we tussen het werken door zeer spannende potjes pingpong. Er staat veel op het spel en bijna elk mooi punt wordt gevierd. Het zijn de rally’s, de echte “back and forth”, die ons veel voldoening geven. Dit gevoel doet me denken aan de informatieavonden die wij als adviseur regelmatig organiseren. Een avond waar je als adviseur of bezorgde omwonende alleen maar zendt en het niet lukt om naar elkaar te luisteren, voelt niet goed. Terwijl een gemeende heen en weer mij juist bakken aan energie geeft. Je hebt naar elkaar geluisterd en wat van elkaar geleerd.

Als informatieavonden niet goed voorbereid zijn, raak je als expert veel tijd kwijt met het uitleggen van de basis van wind- of zonne-energie. Terwijl we deze schaarse tijd graag willen benutten om over de details te discussiëren. Dit gaat over zaken waar de burger invloed op heeft. Het heeft meerwaarde om al vóór de avond bezorgde omwonenden op een toegankelijke manier kennis te laten maken met het plan. Een interactieve viewer is in mijn ogen een prachtige tool om dit te doen. In dit blog leg ik uit hoe een interactieve viewer helpt discussies te verdiepen en som ik de voordelen op.

 Wat is een interactieve viewer?

Een interactieve viewer is een website waar de resultaten van onze onderzoeken gedeeld worden. De kaarten en de verdere inhoud zijn verweven. Dit betekent dat men kan ‘spelen’ met de verschillende kaartlagen en in de tekst verwijzingen gemaakt kunnen worden naar de kaart. Voor onze eigen gemeente Utrecht hebben we hier bijvoorbeeld al een website (www.planmerenergievisieutrecht.nl) voor gemaakt.

Het doel van de viewer is om informatie uit een onderzoek interactief te delen. Omwonenden ervaren een MER-rapportage vaak als droog en lang. “Eén beeld zegt meer dan duizend woorden!” Door alleen de essentie te laten zien en mensen mee te nemen met beelden in plaats van met woorden, vergroten we het begrip. De drempel om de resultaten van het onderzoek tot je te nemen is lager, en het gebruik van kaartmateriaal spreekt meer aan dan lappen ingewikkelde taal.

De kaart staat in de interactieve viewer centraal: voor elk aspect uit de onderzoeken speelt ruimte en dus kaartmateriaal een fundamentele rol. Hierdoor krijgt de kaartviewer de meeste aandacht op de webpagina. De interactieve viewer is bedoeld voor burgers die nog weinig kennis over zonne- of windenergie hebben. Bij elke kaart hoort een compacte, begrijpelijke uitleg. Het resultaat is dat er met zo veel mogelijk beeld en zo min mogelijk tekst, informatie toch toegankelijk wordt. Het originele document en de onderliggende onderzoeken dienen als naslagwerk voor de gebruiker als die zich meer wil verdiepen in de verschillende aspecten.

 Betekenisvol participeren

Bij Bosch & van Rijn zijn we (naast pingpongen natuurlijk) constant bezig met het verhogen van de kwaliteit van participatietrajecten. Het is makkelijk om alleen maar te zenden, maar uiteindelijk wil je een oprecht gesprek met de omwonenden van een mogelijk zonne- of windpark. Een aangrijpende verandering van de directe omgeving van omwonenden heeft altijd impact. Daarom willen wij als adviseur de omwonenden zo goed mogelijk informeren.

Het is logisch dat omwonenden qua kennis niet op het niveau zitten van de adviseur. Veel tijd en energie kan verloren gaan in het langs elkaar heen praten. Voordat we het eerste gesprek aangaan met de omwonenden is er vaak al onderzoek gedaan naar de verschillende aspecten die van belang zijn bij een zonne- of windpark. Dit is feitelijke informatie die nu gedeeld wordt in een PDF document, een ouderwets passief product. Niet optimaal als eerste kennismaking met een mogelijke ingrijpende verandering in je omgeving. Er moet dus een andere manier zijn om mensen  deze lastige materie aan te reiken: de interactieve viewer!

Wat zijn de voordelen?

Een digitale viewer is een mooie manier om ingewikkelde informatie toegankelijk te maken voor een breder publiek. Ook zien we de volgende voordelen:

  • – Via een interactieve viewer kunnen de nuances van de onderzoeken beter uitgelegd worden. Hierdoor zijn omwonenden beter geïnformeerd wat leidt tot minder “nietes-welles” discussies. Het resultaat is een discussie met goed geïnformeerde omwonenden. We besparen tijd en energie aan het op kennis brengen van de omwonenden. Tijd en energie die we gebruiken om de details waar het echt over gaat te bespreken. Zoals de mogelijkheden voor financiële participatie of de werking van laagfrequent geluid.
  • – Een interactieve viewer is de perfecte tool voor een informatieavond. Gedurende een informatieavond passeren veel afbeeldingen de revue. Deze geven de kern van de ontwikkeling weer, maar meer gedetailleerde vragen van omwonenden kan je niet met beeld beantwoorden. Kaarten verduidelijken. Een viewer waar je snel het juiste kaartmateriaal kan weergeven is een welkome toevoeging aan de beschikbare middelen om te informeren.
  • – Informatie wordt toegankelijker. Overheden hebben sinds 1 juli 2018 een wettelijke verplichting om alle websites digitaal toegankelijk te maken. Voor veel overheden is dit een fikse opgave. Met een interactieve viewer slaan we meerdere vliegen in één klap en komen we geïnteresseerden tegemoet die met een passief rapport niet uit te voeten kunnen. In een wereld waar we steeds meer aandacht hebben voor inclusiviteit is deze vergrote toegankelijkheid een groot goed.
  • – Ruimte voor reacties. Een website waar mensen alvast hun eerste indrukken delen biedt meerwaarde voor de participatie. Eén doel van participatie is immers het ophalen van informatie en meningen van omwonenden. Met voorkennis over de zorgen in het gebied, kun je als adviseur de informatieavonden zo inrichten dat er extra aandacht gaat naar deze zorgen. Ook kun je refereren naar de reacties om te laten zien dat er wat gedaan wordt met de zorgen.

 Win-win

Een interactieve viewer kan dé bouwsteen zijn in de zoektocht naar betekenisvolle participatie. Doordat het kaartmateriaal centraal staat begrijpen omwonenden de inhoud beter en is er ruimte voor een goed gesprek.  Een echt gesprek over de inhoud wordt door de meeste burgers gewaardeerd. Via de interactieve viewer nodigen we iedereen uit om actief en goed geïnformeerd te participeren. Hiermee zetten we een mooie stap richting betekenisvolle participatie, en komen we samen verder! Alleen nu nog de stap zetten richting hoog niveau pingpong….

 Geïnteresseerd?

De paar proefballonnen die we in de afgelopen tijd hebben opgelaten, hebben geleid tot positieve resultaten. Zo is www.planmerresmre.nl enkele tienduizenden keren bekeken en hebben we ons kennisniveau over digitale toegankelijkheid flink verhoogd. Ook zijn we bij Bosch & van Rijn bezig met een nieuwe generatie interactieve viewers en die worden, al zeg ik het zelf, echt mooi! De komende tijd gaan we hard aan de slag om hier verder mee te komen. Heeft u hier een mooi project voor of wilt u meer informatie over de inzet van interactieve viewers?

Neem dan contact op met onze GIS-expert: Laurens Kik, 06-50056513, laurens@boschenvanrijn.nl

De kogel is door de kerk, op 1 januari 2024 treedt de Omgevingswet in werking. De Eerste Kamer stemde half maart 2023 voor de invoering. Wat betekent de Omgevingswet voor de ontwikkeling van zon- en windprojecten op land?

Begin dit jaar gaven we collega’s van ontwikkelaar BayWa een training over de procedures onder de Omgevingswet. Vanwege het succes bieden we de training nu ook aan voor al onze klanten en relaties.

Hoe is de Omgevingswet opgebouwd? Welke procedures zijn relevant voor het realiseren van wind- en zonprojecten? Wie is het bevoegd gezag en waarvan is dat afhankelijk? Naast de beantwoording van deze vragen gaan we tijdens de training dieper in op de relevante bepalingen en besluiten onder de Omgevingswet:

  • het Omgevingsbesluit (Ob);
  • het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl);
  • het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en;
  • het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl).

Daarnaast komen ook de milieueffectrapportage en het participatieproces aan bod.

De training van een dagdeel vindt plaats op het kantoor van Bosch & van Rijn. Voor € 300,- (exclusief B.T.W.) ben je weer helemaal bij op het gebied van de Omgevingswet. Geïnteresseerd? Meld je aan via info@boschenvanrijn.nl voor de eerstvolgende trainingsmiddag op donderdag 22 juni.

Meer weten? Interesse in een op maat gemaakte training voor jou en je collega’s? Neem contact op met onze specialist Omgevingswet Berber Koopmans via berber@boschenvanrijn.nl

De SDE++ (Stimulering Duurzame Energieproductie en Klimaattransitie) is nog steeds van belang voor de realisatie van duurzame energieprojecten zoals grootschalige wind- en zonprojecten. Dit jaar wordt de regeling van 5 september tot en met 5 oktober 17.00 uur opengesteld. Het openstellingsbudget is 8 miljard.

Bosch & van Rijn kan de aanvraag van uw SDE++ subsidie verzorgen. Bosch & van Rijn is onderdeel van Flynth adviseurs en accountants. Voor de aanvraag van de subsidie kunnen wij gebruik maken van subsidiespecialisten van Flynth.

Belangrijke wijzigingen binnen de SDE++

De SDE++ staat, naast technieken voor hernieuwbare energieproductie, ook open voor andere CO2 reducerende technieken. Sinds 2022 zijn een aantal nieuwe technieken toegevoegd zoals waterstofinstallaties die direct aan wind- of zonneparken gekoppeld zijn.

De basis van de SDE++ wordt gevormd door de categorieën die ook al in 2022 in aanmerking kwamen. Zo staat de SDE++ opnieuw open voor: zon-PV, wind, waterkracht, osmose, biomassa-vergisting, compostering, geothermie, aquathermie, daglichtkas, elektrische boilers, warmtepompen, restwarmte, waterstof, geavanceerde hernieuwbare brandstoffen, CCS en CCU.

Maximaal 50% van piekvermogen zonnepanelen terug leveren

In 2023 wordt de additionele terug levercapaciteit voor zon-PV projecten gemaximaliseerd op 50% van het piekvermogen van de zon-PV installatie. Dit geldt niet voor zonvolgende systemen. Bij alle nieuwe aansluitingen kan daardoor maximaal de helft van het piekvermogen terug geleverd worden aan het net. Bij dezelfde netcapaciteit kunnen hierdoor meer hernieuwbare energieprojecten gerealiseerd worden.

Interesse?

In de afgelopen jaren zijn al vele zon-PV en windprojecten door de subsidieadviseurs van Flynth aangevraagd en goedgekeurd. Ook met aanvragen voor de andere categorieën is ruim voldoende ervaring. Interesse? Neem dan contact op met onze adviseur Monique van der Meij via monique@boschenvanrijn.nl of via 030-6776466.

 

 

De energietransitie is al vijftig jaar aan de gang. Nederland heeft als doel om in 2030 35TW aan duurzame energie op te wekken. Een groot deel van deze duurzame energie komt van zonnepanelen en windparken. Helaas is voor deze plannen beperkt plek op onze hoogspannings-  en lokale elektriciteitsnetten. Netcongestie gooit daarmee roet in het eten en zorgt ervoor dat nieuw zonne- en windparken niet meer kunnen worden aangesloten. Ze kunnen geen elektriciteit leveren aan het net, op het moment dat dit wordt opgewekt.

Hoe nu verder? Batterijen bieden uitkomst

Zonder mogelijkheden om die energie op te slaan, gooit Nederland straks uren aan duurzaam opgewekte stroom weg. Grootschalige batterijopslag lijkt daarop een van de antwoorden te zijn: opgewekte elektriciteit die nu niet nodig is, eerst opslaan en later leveren aan het net of aan de eindgebruiker. Steeds vaker vragen initiatiefnemers daarom om de inpassing van batterijen bij hun zonne- of windpark.

Als we het over batterijen hebben; waar gaat het dan om?

De meeste batterijen voor elektriciteitsopslag die nu bij zonne- en windparken worden geplaatst, zijn lithium-ion batterijen. Dit is de grotere broer van de batterij in de elektrische fiets of auto. Deze batterijen slaan voor korte duur elektriciteit op en geven dit ook weer snel af. De batterijen zijn vaak in containers geplaatst en daarom noemen we ze ‘container-batterijen’.

Voor het plaatsen van container-batterijen is een omgevingsvergunning nodig. Dit is meestal een vergunning voor de activiteit bouwen,  soms ook voor milieu en op basis van het omgevingsplan. De vragen die wij horen bij deze vergunningaanvragen zijn:

  • – Wat is de impact van een batterij op de omgeving en het landschap?
  • – Zijn de batterijen wel veilig en wat zijn eventuele risico’s?
  • – Wat is de beste plek ten opzichte van het zonne- of windpark?

Welke veiligheidseisen worden gesteld aan batterijen?

Voor lithium-ion batterijen gelden veiligheidseisen. Ze kunnen namelijk te heet worden en in brand vliegen. Een bijkomend nadeel van lithium-ion batterijen is dat branden slecht te blussen zijn. Zo’n brand kan gedurende lange tijd (meerdere uren tot dagen) woeden. Bij zo’n brand komen naast hitte ook nog eens giftige stoffen vrij zoals andere waterstoffluoride en lithiumhydroxide. Belangrijk dus dat er strikte veiligheidseisen voor zijn.

Onderzoek naar deze externe veiligheidseisen gaat in op de afstand tussen de batterijen, de bereikbaarheid van de batterijen en het effect van brand op de omgeving. Voorkomen moet worden dat de brand van één batterij over kan slaan op een andere batterij of nabij gelegen bebouwing. De afstand tussen de batterijen moet daarom voldoende groot zijn. Hiervoor brengen we de risico’s van brandoverslag en van verspreiding van de eventueel giftige stoffen in kaart. Dit wordt vervolgens ingepast in het ontwerp.

2022 gaat de boeken in als een geweldig windjaar. Nooit eerder werd er in een jaar zo veel nieuw windvermogen op land gebouwd: maar liefst 936 MW kwam erbij. Daarmee is het opgesteld vermogen in Nederland toegenomen naar 6.223 MW en is de doelstelling van het Energieakkoord van 2013 (6.000 MW wind op land in 2020) met twee jaar vertraging behaald.

Dit alles blijkt uit de actuele cijfers over 2022 van WindStats. De grafieken bieden een mooi inzicht in de stand van zaken rondom windenergie in Nederland, bijgehouden op onze actuele website WindStats.nl.

Op donderdag 11 november organiseerden Bosch & van Rijn en Pels Rijcken hun jaarlijkse seminar over actuele ontwikkelingen in duurzame energie. Dit jaar met het thema ‘Ruimte voor Ontwikkeling’. De ontwikkeling van duurzame energieprojecten is relevanter en urgenter dan ooit. Tegelijkertijd zijn er allerlei factoren die de ontwikkeling van projecten bemoeilijken of onzeker maken. Is er wel ruimte op het net? Wat betekent de invoering van de Omgevingswet? En wat wordt de impact van lokale normering vanuit het Rijk?

Jan van der Meer (Gedeputeerde Energie & Klimaat provincie Gelderland) presenteerde een boeiend verhaal over de stand van zaken van de RES Gelderland; welke plannen zijn gerealiseerd, in voorbereiding of zijn nog slechts ambities op papier? De vertraging die in Gelderland wordt opgelopen heeft te maken met onder andere de Wespendief, de netcongestie en het ontbreken van lokale normen.

Het tweede deel van het seminar bestond uit verschillende workshops onder leiding van Iman Brinkman, Julian Kramer, Wouter Verweij en Duco van Dijk. Hun sessies over netcongestie, de Omgevingswet, lokale normen en de rol van de provincie leidden tot prikkelende discussies en gesprekken. We kijken terug op een interessante en energieke dag in het prachtige Muntgebouw in Utrecht.

Op woensdag 16 november hebben Provinciale Staten van de provincie Gelderland met een ruime meerderheid het inpassingsplan voor Windpark IJsselwind vastgesteld. In 2024 start de bouw van de drie windturbines langs het Twentekanaal in de gemeente Zutphen, een initiatief van coöperatie IJsselwind en Waterschap Rijn en IJssel.

In opdracht van minister Jetten voor Klimaat en Energie onderzocht Bosch & van Rijn multifunctioneel gebruik bij grondgebonden zonneparken. Aanleiding voor ons onderzoek was de volgende passage uit het coalitieakkoord: “Gezien de schaarse beschikbare ruimte zetten we vooral in op grootschalige installatie van zonnepanelen op daken, inclusief normering. Zonnepanelen op land staan we alleen toe, als multifunctioneel gebruik van dat land mogelijk is, bijvoorbeeld op rijksgronden.” Om de passage te kunnen vertalen in ruimtelijk beleid, was eerst inzicht nodig in de huidige praktijk. Wat is multifunctioneel gebruik van land bij zon-pv en waarom is dit eigenlijk gewenst? In hoeverre zijn provincies en gemeenten hier al mee aan de slag en zo ja op welke wijze? Welke decentrale kaders worden daar op dit moment reeds voor gebruikt? En volstaan deze decentrale kaders of zijn aanvullende kaders nodig vanuit het Rijk?

In ons onderzoek concluderen we dat het combineren van zon-pv op land met bestaande of nieuwe functies breed wordt ingezet in beleid(skaders) van provincies en gemeenten. 11 van de 12 provincies hanteren een voorkeursvolgorde in de omgevingsverordening, waarmee wordt gestuurd op geschikte locaties voor zon-pv. Voor een derde van de provincies komt deze voorkeursvolgorde grotendeels overeen met de landelijke voorkeursvolgorde zon uit de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). Kortom, de zonneladder is een standaard instrument geworden in de provinciale ruimtelijke gereedschapskist. Decentrale overheden geven in het onderzoek aan het belangrijk te vinden om met maatwerk te kunnen inspelen op gebieds- of locatiespecifieke kenmerken. De minister verkent nu de mogelijkheden om met een instructieregel de beleidspraktijk te ondersteunen.

Lees hier de kamerbrief en ons complete rapport met alle conclusies en aanbevelingen richting het ministerie: Kamerbrief over rol zonne-energie in energietransitie | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl

Als partner in de energietransitie maken wij soms een stapje zijwaarts; van de opwek van duurzame energie door wind- en zonprojecten naar warmteprojecten. Onlangs hebben we mogen meewerken aan de warmtetransitie voor Yeager Energy. Yeager Energy is een bedrijf dat zich zowel richt op de ontwikkeling van de geothermische warmtebron als ook op het warmtenetwerk. Het proces om uiteindelijk te komen tot de juiste vergunningen, heeft een aantal overeenkomsten maar ook verschillen met het proces om te komen tot de omgevingsvergunning voor wind- en zonprojecten.

De energietransitie biedt kansen voor agrarisch bedrijven. Op dit moment zijn er veel bedreigingen voor agrarische bedrijven. Zoals de stikstofproblematiek, geen opvolging voor het bedrijf en gewenste stadsuitbreidingen, onder andere in het groene Hart. Een perspectief dat misschien nog niet zo bekend is, is de overstap naar ‘energieboer’.  Dat kan ertoe leiden dat een agrarisch ondernemer het bedrijf juist rendabel kan continueren door zelf groene energie te gaan produceren.